
Rond vier uur 's ochtends (!) veel drukte op de steiger, geen mens doet een oog dicht. Een paar mannen zijn druk met extra lijnen in de weer; ze stellen voor om een extra anker opzij uit te brengen vanaf onze boot en daarmee het hele pakket boten minder te laten slingeren dan op de hekankers. Ons zware hoofdanker wordt van de ketting gehaald en aan een nylontros uitgebracht en de kont van Lena wordt een meter of drie opzij getrokken met de schootlier. Er staat een enorme spanning op, maar de procedure geeft enig soelaas voor alle boten. Om half zes ligt iedereen weer in bed.
We zijn bekaterd door slaapgebrek vanochtend. De windmolen werkt gelukkig weer. We lunchen buiten, uit de ergste wind, onder hoge bomen aan de bosrand voorbij de vriendelijke koeien en de boerderij met het gesloten restaurant. Daarna maken we een lange wandeling rond het eiland. Aan de andere zijde van het eiland is een baai waar Boten geankerd liggen, de zon heerlijk schijnt en geen zuchtje wind is door de beschutting van de hoge rotsoevers. Hier hadden we dus moeten zijn.
We willen nog even zwemmen maar de grote stenen onder water zijn te rond en te glad om overheen te lopen. Als we bij de boot terugkomen zijn op een na alle boten vertrokken, We leggen Lena een stukje verder op de steiger en liggen vroeg maar heerlijk rustig in bed die nacht.
