Het adres voor de nieuwe blog (2010) staat op een nieuwe locatie!

http://www.zeilschiplena.blogspot.com

woensdag 4 juli 2007

Bijkomen van de les

Donderdag 28 juni Kalvo


We blijven vandaag op dit eilandje dat ook een natuur- en historisch reservaat is. Er is een steencirkel en er vind geen landbouw of ander menselijk ingrijpen plaats. Er is een pad rondom en er staan enkele bescheiden zomerhuisjes aan de waterkant. Op geregelde afstand staan picknictafels langs het pad aan het water met een barbeque. Dat hebben we hier meer gezien. Men schijnt graag op deze plaatsen met elkaar te eten. We genieten van de wandeling die maar een uurtje duurt. We lopen in een vriendelijk zonnetje waar zo nu en dan een wolk voor schuift. Verderop in de Gennerbocht zien we nog steeds schuimkopjes op het water staan. Het waait toch harder dan we hier merken tussen de heuvels. De schrik van onze stranding gisteren zit nog in de benen. Alles wat verkeerd ging hadden we misschien kunnen voorkomen, wat leerder we hiervan?
(willekeurige volgorde):
(1) Lager wal verlaten als het gaat stormen; (2) beter je eigen anker vertrouwen dan een onbekende meerboei; (3) Meerboei vastmaken laag aan de ketting waaraan die is geankerd (en niet aan het oog); (4) een haven is vaak toch rustiger; (5) Ankerwacht houden, ook als de nacht voorbij is; (6) stormwaarschuwingen serieus nemen; (7) Uit de buurt van visvlaggetjes blijven; (8) tijdig een tafeltje reserveren in een restaurant;
We reserveren dus tijdig een tafeltje vandaag en zien onze stranding in de krant staan. Het meisje van het restaurant begrijpt nu beter waarom we gisteren zo graag hier wilden eten. Maar ja, het was druk, er was een nieuwe kok enz.. De rest van de dag houden we ons met Lena en het huishouden bezig. De was moet gedaan, de motor geinspecteerd, de dieptemeter doet raar, is het log nog heel? We zijn lekker bezig. En gaan tegen zevenen lekker eten met een flesje wijn. Beiden vallen tegen. De mooie grote schollen zijn ingepakt in een dikke deeg/panneerlaag en is te droog, de wijn is van een zuinige kruidenier, de aardappels zijn lekker, verder garnituur ontbreekt en de rekening is goed. Enfin, we zijn een avondje uit en hebben er weer zin in. Leerpunt (8) Pas op voor een restaurant met een nieuwe kok.


Vrijdag 29 juni Kalvo - Lyo

Met het windje vanochtend kunnen we weg. Rustig aan, fokjes en bezaanzeil op, met een gangetje van 4 Kn. recht-toe recht-aan richting eilandje Lyo. Een afstand van 26 mijl. Op de Als-Sont en Kleine Belt, die we over moeten steken, zal het iets harder waaien. Dat wordt ongeveer 5 a 6 uur zeilen. Dan komen we eind van de middag aan. Mooi! Onderweg nog een bui met extra wind, maar met zo weinig zeil op lopen we geen risico, het is hier 25 m diep en het eiland Als waar we bovenlangs varen ligt aan de hoge wal.
De keuze ankeren of het haventje in is snel gemaakt. Het weer is onzeker en Lyo is volgens de beschrijvingen bijzonder aantrekkelijk. Gelukkig is er in het kleine haventje nog een plekje te vinden. We meren af naast een Vlaardings echtpaar dat ook voor het eerst in Denemarken zeilt.

Zaterdag 30 juni Lyo

In het dorp, dat centraal op het eiland ligt, is maar een klein winkeltje met de meest noodzakelijke levensbehoeften. we lopen er heen voor de boodschappen. De weg loopt langzaam omhoog, feitelijk is dit eiland een klein heuveltje midden in het water. Op het hoogste punt staat een windmolen zonder wieken. De huizen hier zijn oud en mooi. de meeste zijn vakwerk waarbij het houtwerk donker- en het pleisterwerk wit- of okerkleurig. Bij het witte pleisterwerk is langs de afscheiding met het hout een paars/blauwe bies van 1,5 cm breed geschilderd, wat een bijzonder optisch effect geeft. de meeste daken zijn riet-gedekt en aan de schaduwzijden met mos begroeid. Er zijn mooie hagen, bloemen en kleine moestuintjes. Er wordt -dat is duidelijk- veel tijd en zorg aan besteed. We zien ook weer tafeltjes met nieuwe aardappelen, vruchten en potjes Jam. Voor de winkel hangen enkele mannen rond met een fles bier, het begint te regenen. Net binnen wordt het een
wolkbreuk. Karnemelk heet hier ook zo, we kopen Deense kaas en vragen de man achter de toonbank advies. We hebben de sterkste van de sterkste oude kaas gekocht. Hij vraagt zich af of we dat wel aan kunnen. Zelf vindt hij het lekker. We gokken erop. Later blijkt het heerlijke kaas te zijn, typisch van smaak. Tussen de buien door komen we op Lena aan. De geplande wandeling 's middags gaat niet door omdat het stevig blijft regenen en waaien. We zitten met de verwarming aan, koffie en koek te eten en houden siesta. 's avonds proberen we de Deense televisie te begrijpen. Het zou fijn zijn om met de taal vertrouwd te raken. Alleen met het boekje "wat en hoe in het Deens" (met dank aan Tim) komen we er niet.

Zondag 1 juli Lyo

Het heeft de hele nacht hard gewaaid en geregend. Toch kunnen we in het zonnetje in de kuip ontbijten. Onze buren willen straks verder varen. Wij blijven hier, de weersvoorspellingen zijn slecht: stormwaarschuwing en onweer. We beginnen aan onze wandeling rond het eiland. Erg afwisselend. Beetje dorp, langs het water, door een weiland met vriendelijke nieuwschierige koeien (Danish Jersy en een paar Friezen die flink wat groter zijn) Ze lopen met ons mee tot we het volgende hek weer uitgaan. Langs een hunebed. Veel foto's gemaakt en nog een pak karnemelk en koffie gekocht op de terugweg. De buren gaan toch maar niet, het weer slaat om. En dat is zo. We zitten droog en warm binnen en luisteren naar Bach en Buxtehude. Mooi weer eens tijd om uitgebreid te koken. Lekkere worstjes hebben ze hier.























dinsdag 3 juli 2007

WAT LEREN WIJ HIERVAN

Woensdag 27 juni Gennerbucht - Kalvo

“Wat leren we hiervan?”
zal na vandaag voorlopig het thema worden van onze gesprekken. Na een nacht met vreselijke storm en regen waarin we vrijwel geen oog hebben dichtgedaan, we gekleed in zeilkleding en reddingsvest op bed lagen en regelmatig probeerden om de heksenketel buiten in de gaten te houden (wat niet lukte omdat er geen hand voor ogen te zien was) ging er iets vreselijk mis. Plots voelden we dat het schip anders bewoog; het gierde niet meer achter de ankerboei en leekt verlost van een last. Het leek de strijd tegen de elementen te hebben opgegeven en zich rustig in de beweging van de golven te vleien. Dat deugt niet! Daar gaat iets vreselijk fout voelden we beiden.
Jan ziet dat de boei nog aan de lijn vastzit maar dat deze met boot en al vrijwel op de kust ligt. Henneke start de motor, Jan knoopt de lijn los. We voelen de kiel over de grond schuren. De bodem is keihard zand met kiezel en steen. Vol kracht achteruitslaan is de enige optie. We hoeven elkaar niets te zeggen. Nooit hebben we een dergelijke panieksituatie geoefend , maar we blijken een goed team. We krijgen de kont van Lena niet in de wind, Motor in de vooruit, haar kop wil niet draaien. De lange kiel ligt al vast, nogmaals achteruitslaan: een harde ratel is het gevolg, het toerental daalt. Voorzichtig vooruit schakelen: Het ratelen blijft. De motor neutraal draait rustig, dan beter uitzetten. Er is iets in de schroef terecht gekomen.



Lena is vleugellam. Het is zes uur en we liggen tegen een steil oplopende kust in een vliegende storm die vrijwel dwars op het schip staat. De wind is vannacht gedraaid van ZW naar NW (dat zat in de weersvoorspelling evenals de toename tot windstoten met orkaankracht). Bij iedere zware windstoot en hoge golf schuift Lena met haar negen ton staal verder de kust op. Via de marifoon belt Jan de kustwacht, het duurt lang voor er verbinding is. Zij ontvangen ons slecht. Het bericht over onze stranding, onze positie en verzoek om bijstand moet vaak herhaald en gespeld worden. Terwijl zij zoeken naar welke hulp geboden kan worden, gaat Jan aan een veiligheidslijn met een mes het water in om de schroef te klaren. Het is koud. Het water is niet diep meer. Zijn hoofd blijft tussen de golven door boven water. Er zitten touwen en een stuk ketting in de schroef. Na een kwartier is de schroef vrij. Met Jan weer aan boord wordt dat gecontroleerd. Het werkt, maar het schip ligt al veel de hoog op de kust om op eigen kracht in beweging te kunnen komen. Het helt nu al zeker 30 graden, wat langzaam maar zeker nog verder zal toenemen.
We zoeken weer contact met Lyngby-radio (kustwacht) vertellen dat de motor weer bruikbaar is maar dat we niet weg kunnen zonder hulp. Zij kunnen een reddingsboot sturen, maar die is er pas over anderhalf uur en dat moeten we wel betalen. Het is ons niet helemaal duidelijk of het om een berger of om de reddingsdienst gaat. We hebben geen keus, laat die boot maar snel komen. Lena ligt bijna op haar kant, op de vloer kan niet gestaan worden. Op de zijkant van de trap kunnen we de kuip in waarin we ook op de zijkant moeten lopen. In de kajuit steunen we tegen de keuken en de tafel. Het water staat tot aan het boord aan bakboord, nog maar enkele centimeters en het dek komt onder de waterlijn. Het is een uur of zeven en we zijn koud en nat, de kajuit lijkt een steeds grotere chaos te worden. We wachten in stilte. Veel persoonlijk gevaar lopen we niet. We kunnen ons zo van boord laten glijden en door het water de kust op lopen. Maar hoe groot is de schade aan de boot en kunnen we nog wel worden losgetrokken? Lena ligt muur vast, buiten lijkt de storm iets af te nemen. Later horen en lezen we dat er windkracht 9 met uitschieters naar 10 Bft is gemeten. Dat is zeer ongebruikelijk in deze tijd van het jaar voor deze omgeving. Lingby-Radio roept ons op en deelt mee dat de boot is uitgevaren om 8.15 en tegen 10.00 uur bij ons kan zijn. We geven details over waterdiepte, afstanden enz. en ons Deense telefoonnummer om ook vanaf de kant bereikbaar te zijn.


We wachten en zwijgen. Een tasje met alle papieren en geld hangt klaar voor het geval dat we plotseling van boord zouden moeten. Om 9.15 worden we gebeld, op de kust staat een man van de reddingsploeg klaar met een lijn van 100 meter die we aan boord moeten halen. Jan gaat in de rubberboot naar de kant. Voor de zekerheid is de rubberboot met een lijn aan Lena geborgd en Henneke trekt hem ermee terug. Roeien is niet gemakkelijk met deze wind. De man verdwijnt in de bosjes. Om 9.45 komt een voormalige viskotter met drie bemanningsleden aanvaren. Via de marifoon houdt Henneke contact met ze en met de man aan de wal die er ook weer staat. De kotter moet op diep water blijven en het overbrengen van de lijn is niet eenvoudig. Vanaf de kotter laat men een aan een dunne nylon vislijn gebonden stootwil in het water, die door de wind onze kant wordt opgeblazen. Hij drijft weg van Lena en met de rubberboot wordt het ding binnengehaald. De sleeplijn wordt eraan verbonden en met het inhalen van de vislijn wordt boei en sleeplijn naar de kotter getrokken. De lijn wordt om de voet van de bezaansmast gebonden; het achterschip ligt naar diep water. Op het moment dat wordt getrokken duiken we de kajuit in om veilig te zijn bij het breken van de lijn. Dat is levens gevaarlijk. De lijn kan 8 ton hebben en de kotter trekt er 6, maar zeker ben je nooit. Lena komt niet los. De kotter draait door het trekken naar ondiep water, de lijn wordt losgegooid en op ons schip binnen gehaald. Door de enorme krachten is het staal van de voet van de mast beschadigd. De volgende poging zal via het voorschip plaatsvinden. De boei komt weer over, wordt binnengehaald en de lijn wordt overgehaald. Het schip ligt bijna op zijn kant en het valt niet mee om op het voordek te komen om de lijn om de mastvoet te binden en veilig geborgd over het voorschip te leiden. Het risico dat de zeereling, de boegspriet, ankerlier of het ergste de voorstag stukgaan moet vermeden worden. Het trekken begint opnieuw. Lena schuift iets op en kantelt over de kiel op de andere zijde waar ze op de grond, maar in iets dieper water valt. De patrijspoorten verdwijnen onder water en wij vallen tegen de andere zijde in het schip. Het schip schuurt en bonkt over de grond en komt steeds meer overeind. We drijven weer en schieten achter de kotter aan richting diep water. Met de schrik nog stevig in de benen laten we ons eerst enkele minuten voortslepen. Het is noodweer. Verder uit de baai zijn de golven behoorlijk en slingeren we enorm heen en weer. Alvorens de lijn los te gooien proberen we of we op eigen kracht kunnen varen en sturen. Gelukkig gaat dat. De kotter begeleidt ons op veilige afstand naar het kleine haventje van Kalvo. Het is door de wind en de regen moeilijk aanvaren, we zien geen hand voor ogen. De motor draait op volle toeren om te kunnen blijven sturen. Henneke stuurt en Jan probeert te zien hoe het veiligst aangevaren kan worden. Dichter bij de haven is er nog maar weinig zeegang. We hebben geluk dat er een box vrij is tegen de wind in. Twee aardige Denen vangen op de steiger de lijnen op en om half twaalf liggen we veilig en rustig. Op het eerste oog valt de schade mee. De kotter is op de terugweg naar Aabenraa. Jorgen Jensen, de man die vanaf de kant de lijn aangaf komt even later met de auto naar ons toe. Hij komt aan boord om de zaken verder af te handelen. Hij vertelt ons dat in Denemarken op de Oostzee geen georganiseerde reddingsdienst is zoals in omringende landen. Hij is met een aantal anderen bezig zoiets van de grond te tillen. De kotter is zijn eigendom en betaald zich met charteren. De bemanning is, net als hij, vrijwillig. Hij is leraar aan een beroepsopleiding, zijn zoon, die meevoer, is trainer van brandweerlieden, de andere man werkt in een ziekenhuis en de schipper is een ex-visser. Ze hebben zich getraind in reddingswerk en willen de zaak verder uitbouwen. Het bergingsloon is om de kosten te dekken en de organisatie op te bouwen.
Jan krijgt een lift naar een bank in Aabenraa 10 km verderop en Henneke maakt de boot aan kant. In Aabenraa wordt na de bankzaken op de kade gewacht tot de kotter weer in de haven ligt, de wind is al een stuk minder. Jorgen wordt gebeld door de krant, er was vanochtend een verslaggever bij hem op de kust die via de politie hoorde dat er iets aan de hand was; Morgen komt er een stukje in de krant. Hij is blij met zo'n verslag omdat het goede reclame voor zijn redingsorganisatie is.

Er wordt betaald en de bemanning wordt nog eens uitgebreid bedankt voor hun hulp. Terug op Lena is het of er niets is gebeurd, alles is weer opgeruimd en op zijn plaats. Henneke ligt onder een plaid met de verwarming aan en probeert op temperatuur te komen. We zijn geschrokken maken warme thee en gaan een kleine wandeling maken. Jorgen vertelde dat op Kalvo aan het haventje een goed restaurant is, verder is er ook niets. We willen er vanavond iets eten om ons overleven te vieren. Als we tegen 7uur binnenlopen zijn alle tafeltjes bezet of gereserveerd. We kunnen het na anderhalf uur nog eens proberen. We maken onze tweede wandeling in een beetje druilerig weer. De wind is gaan liggen. Er komt geen plek meer vrij die avond. We eten op Lena de rest linzensoep op die in de pan de stranding ook heeft overleefd. We gaan vroeg naar bed, heerlijk rustig ligt de boot aan 4 lijnen afgemeerd.







zondag 1 juli 2007

Wat is hier mis mee?

Donderdag 21 juni Sonderborg-Dyvig
Jan werkt na het ontbijt het logboek voor internet bij en Hen gaat nog even de stad in om de boodschappen die we gisteren vergaten te halen. In het begin van de middag varen we naar de overkant om een gastankje en gerookte makreel te kopen. Op de brug waar de door moeten geeft een grote digitale klok aan hoe laat die open gaat. Er varen nog enkele jachten mee als we de Als-Sont opvaren. De scheiding tussen het vaste land en het eiland Als. Het lijkt een brede rivier met heuvelige oevers. Het is mooi en windstil. Ons doel is niet ver. Om een uur of zeven gaan we voor anker in een soort baai, omzoomd door riet en bomen in een heuvellandschap waar korenvelden zijn.Het was weer een prachtige dag. Vooral de ochtenden en avonden zijn de laatste dagen opvallend rustig: Geen wind, heldere lucht en veel zon.


Vrijdag 22 juni Dyvig

We roeien ons na de koffie naar de kant en klauteren tegen de heuvel op. Daar lopen we langs het korenveld richting Holm. Een klein plaatsje dat op een kaartje staat dat we bij de Tourist-Information kregen. Het is niet veel meer dat wat huizen en boerderijen langs een lokale weg. Weinig nieuwbouw wel veel oude goed onderhouden en verzorgde vaak grote boerderijen en pittoreske landhuizen met een rieten dak. Er zijn grafheuvels en hunebedden in deze omgeving en werd een voorloper van een vikingschip gevonden. Het origineel is in Kopenhagen te zien, hier rest een replica. We kunnen het niet vinden. De wandeling terug gaat via een achterafweggetje langs enkele mooie ver uit elkaar staande huizen en wonderschone akkers waar veel veldbloemen en kruiden bloeien. Het is windstil en warm. Terug op de boot wordt het lange vleesmes zorgvuldig geslepen om de gerookte zeeforel te fileren. Die is zeldzaam lekker en boterzacht, heerlijk op toast samen met met koele witte wijn glijden we rustig de avond in.


Zaterdag 23 juni Dyvig

We roeien een heel eind naar een andere oever waar een jachthaventje is. We willen een andere richting op lopen naar een grotere plaats. Het begint hard te regenen als we op weg gaan. Na 10minuten geven we het op. We bekijken het jachthaventje, vanavond wordt Sankt Hans gevierd, een midzomernachtfeest. Met barbecue, wijn en bier. We varen de boot naar een gastensteiger, hebben we ook stroom om de accu's op te laden. Om 5 uur horen we live muziek. Twee bebaarde mannen spelen jazz-traditionals op gitaar en saxofoon. Als we bij het clubhuis aankomen zijn alle buitentafeltjes al bezet door etende en drinkende mensen. Het is gemoedelijk onder elkaar zijn van bekenden en er lopen wat kinderen rond. We kopen een bordje met een kotelet en een worstje van de BBQ. We worden uitgenodigd aan een tafeltje door twee oudere mensen met twee jongetjes van een jaar of 10. De jongetjes zijn een beetje verlegen en gaan spelen. Het paar spreekt beperkt Engels, met enige moeite kunnen we een gesprekje voeren. Hans is 55 en meubelmaker en is een oude viskotter aan het opknappen. Dat schept een band. Lisbeth Vindt zijn werkplaats een stoffige boel en de boot een tijdrovende en kostbare liefhebberij. Zij is 62 jaar en is vooral druk met de verzorging van pleeg- en zorgkinderen, het huis en de tuin. Ze nodigen ons uit om de volgende dag bij hen thuis te komen om te zien hoe Denen leven; daar komen we niet onderuit. We bekijken de boot die mooi opgeknapt wordt. Aan alles is te zien dat hier een vakman met aandacht en liefde bezig is. Als de avond vordert trekt iedereen een heuvel op waar later het vuur wordt ontstoken. Wij piepen er tussen uit. Onderweg naar Lena zien we dat bij de roeivereniging soortgelijke activiteiten plaats vinden. Er is een houtstapel met een stok in het midden waarop een figuur is gestoken, we moeten nog maar eens uitzoeken hoe dit feest en deze mythe in elkaar steekt. Op de boot horen we dat er toespraken zijn en er gezongen wordt. Daarna worden de vuren ontstoken.


Zondag 24 juni Dyvig

Regen als we opstaan, maar een heerlijke douche bij dit haventje. Aan een onbemenst stalletje langs de weg kopen we verse aardbeien en nieuwe aardappelen. Het geld kan gewoon in het geldkistje gedaan worden. Deze stalletjes treffen we meer aan op het platteland, gemakkelijk en sympathiek. De kleinere plaatsen ontberen winkels horen we. Hans Jensen haalt ons om half elf op, hij bekijkt Lena. Lisbeth ontvang ons in hun enorme grote bungalow. We zijn er een paar dagen eerder langs gelopen. Een gedeelte is werkplaats van Hans en is onderkelderd. De werkplaatsen zien er opgeruimd uit met een groot machinepark en stapels geordend materiaal. Lisbeth laat het hele huis zien en is er trots op. Wat een huishoudelijk werk moet dit opleveren zeggen we tegen elkaar. In de keuken hangt een grote lijst met kleine foto's van alle 65 pleegkinderen die zij al hebben verzorgt samen. Het is feitelijk hun beroep. Ze spraken er gisteren ook al veel over en ook vandaag beheerst dit het gesprek. Buiten aan tafel komen we er niet onderuit te blijven zitten voor de lunch. Hans brengt Nicolai (11 jaar) een van de jongetjes, naar de bus. Hij woont is een tehuis en is de weekenden en vakanties bij hen. Henrik, het andere jongetje, is het zoontje van een onvindbare Poolse moeder. Hij woont al lang bij Hans en Lisbeth. Hij komt met fotoboeken aanzetten van hem, de familie Jensen en de anderen (pleeg)kinderen. Hij wil ons duidelijk maken hoe erg hij erbij hoort. Met de paar engelse woorden die hij kent overwint hij zijn verlegenheid. Hans en Lisbeth hopen dat hij van de kinderbescherming tot zijn volwassenheid bij hen mag blijven wonen. Ze stoppen met de zorg voor nieuwe kinderen. Na de lunch, we krijgen een pot mayonaise mee waarover we gezegd hadden dat die lekker was, vertrekken we lopend richting Lena. Het is maar een paar kilometer en passeren het gebouwtje met de replica van het oude schip. Dat hadden we niet zomaar kunnen vinden, de bordjes die er naar verwijzen geven een onbegrijpelijke tekst. Hoog vanaf de heuvel zien we na een bocht in de weg in de diepte Lena in de baai aan de steiger liggen. Het regent. Dat maakt het gezellig aan boord. We nemen heerlijk de tijd om de verse doperwten te pellen, nieuwe aardappelen te koken en de vis te fileren. Een korewijntje vooraf en een espresso met Deense chocola toe. Het leven is ons goed gezind.



Maandag 25 juni Dyvig-Gennerbucht

Het regent nog steeds als Jan vroeg opstaat om de motorolie te verversen en de wierpot te reinigen. De weersvooruitzichten op de radio zijn ronduit slecht: regen en veel wind. De komende dagen wordt het nog erger met windkracht 6-8. We besluiten om toch weg te gaan, maar niet de route te volgen die we de avond ervoor in de kaart hadden gezet. Die is te ongunstig. In de Gennerbucht kan goed en veilig worden geankerd. Het is maar twee uur varen en het windje van 4 Bft waait de hele tocht uit een gunstig hoek.We kunnen zonder de motor te hoeven starten weg zeilen, wat prachtig lukt. Henneke aan de helmstok Jan aan de touwen. Met alleen de kluiver op en achterlijke wind varen we het bochtige smalle stukje door dat deze lagune met de Als-Sont verbindt. Mooier kan een zeiler het niet hebben. Op zee gaan alle zeilen bij en lopen we 5-6 Kn. Dat schiet lekker op. Onze regenpakken kunnen uit omdat het droog wordt en de zon probeert door de bewolking heen te komen, wat niet zo best lukt. Er komen kleine schuimkopjes op de golven, Lena heeft er geen enkel probleem mee. Dit zijn ideale zeilcondities. We komen op de ankerplaats aan. We kruipen tot dicht bij de bosjes op de kant waar de waterdiepte snel afneemt. Op 2,5 diepte laten we het anker vallen. Een rustige plek met beschutting. Als we de zeilen bergen vallen de eerste druppels van wat zich ontwikkeld tot een enorm onweer met zware windstoten. We draaien enkele keren rond het anker, dat gelukkig in de grond blijft steken. Het is een beetje onzeker in een onbekende omgeving en het blijft een onrustige nacht.


Dinsdag 26 juni Dyvig


De weervoorspellingen zijn bijzonder slecht, Windkracht 6-8, verderop tot 9 Bft en in buien tot orkaankracht. We blijven in deze veilige ankerbaai liggen en roeien ons naar het bos op de kant. Een mooi groot gemengd bos met veel hoge beuken, Norreskov op de kaart. Het is sterk heuvelachtig en een niet al te duidelijk pad voert hoog langs de oevers. Soms wordt het bos op plekken feeƫriek verlicht door een waterig zonnetje. Na enkele paden genomen te hebben, die dat niet bleken te zijn bereiken we een grote Camping. Het is er vrijwel uitgestorven. De keurig in het gelid staande caravans zijn nog niet bewoond. Er is wel een winkeltje. Een vriendelijke jongeman maakt open als hij ons naar binnen ziet gluren. Nu moeten we ook wel iets kopen. We vertrekken met een tas boodschappen en enkele folders en kaartjes van dit deel van Zuid-Jutland. We lopen terug, leggen de boodschappen in de rubberboot en nemen een kaartje mee voor een wandeling. We zigzaggen door het bos waar ook kleine beekjes stromen, maar de schijnbare paden steeds op niets uitlopen. We passeren een open plek waar in een dal enkele koeien lijken te genieten van hun paradijselijk domein. Na een klein uurtje komen we plots bij een kleine overdekte picknicplaats aan een meertje. We volgen een keienpaadje dat uit de Vikingentijd lijkt te stammen en komen het bos uit bij grote akkers en een boerderij. We maken een paar foto's van deze omgeving met wijds uitzicht op de baai enkele kilometers verderop. Op de kaart vinden we de plek waar we zijn. 2 Km naar Lojt Kirkeby, daar is een oude kerk, dat is nog wel te belopen. Verkeer is er amper. Het is een mooie kerk, eenvoudig op een aangeharkte terp met nog enkele graven. Vooral het interieur met zeer oude altaren moet de moeite waard zijn, maar we kunnen er niet in. We nemen een andere terugweg met iets meer verkeer. We zien een klein nieuwbouwgebiedje met villa's en bungalows. Anders dan bij ons, maar ook niet echt bijzonder. Het is vis nog vlees. De volgende keer moeten we wat foto's maken voor het thema: wat is hier mis mee? We komen langs een grote golfbaan, een grote haas kruist ons pad. Het golfterrein mag ook mee doen in het thema: Wat is hier mis mee? Om in zo'n mooie heuvelachtige beboste omgeving gazons als biljartlakens aan te leggen om tegen een balletje te kunnen slaan: Mensen zijn interessant als het om hun omgang met de omgeving betreft. Dat wordt nog eens benadrukt door het Ferie (vakantie) Centrum waar we langs lopen; tientalle appartementen en huisjes in rijtjes, alles hout, beetje Zweeds en eenvormig. Zwembad, solarium, speeltuintje enz. Om straks maar met zijn allen van de vrijetijd te genieten. Na en paar honderd meter komen we bij de Camping, die nemen we ook op in de quiz. We duiken het bos weer in op weg naar Lena. Het is vrijwel windstil, Een ander zeilbootje dat hier vanochtend nog lag is vertrokken, we hebben de baai voor ons alleen. Nog maar net op de boot aangekomen begint het een beetje te regenen en gaat het waaien. Het waterpeil is aardig gedaald en we liggen maar net vrij van lager wal. We verkassen naar een meerboei een tiental meters verderop. Er wordt regen en storm verwacht en de weersvoorspelling lijken uit te komen. We liggen nu veilig en gaan naar bed.